De avonturen van Panda deel 25
Staat: nieuw
Uitgever: Uitgeverij Cliché, Utrecht
ISBN: 9789064381355
Aanvullende informatie
Inleiding
Deze band bevat vier verhalen uit de periode 1969-'70. Het eerste verhaal en het
grootste deel van het tweede zijn getekend door Jan Steeman. Ook Terry Willers
werkte eraan mee (let maar eens op de geüniformeerde bijfiguren!). Alle verhalen
zijn geïnkt door Richard Klokkers.
Vanaf aflevering 55 van Panda en het toverrecept nam Jan van Haasteren het tekenwerk
over. Dat is onder meer te zien in de manier van bewegen van de voortvluchtige
Joris Goedbloed. Van Haasteren was van 1961 tot 1966 in dienst bij de Toonder
Studio's en bleef tot 1972 freelance voor ze werken. Hij tekende onder andere vijftien
Kappie-verhalen. Van Haasteren zei daar later over: 'Ik heb er nooit moeite mee
gehad om in het jasje van een ander te tekenen. Dat vond ik best leuk, want het was
een uitdaging: kan ik dat? Krijg ik die stijl wel in de vingers? Dat gold natuurlijk
ook voor Panda, de andere Toonder-strip die ik heb getekend. Je kunt er wel mijn
eigen manier van tekenen in herkennen, dat hoekige wat ik vroeger had. De manier
om meer rond te tekenen heeft Toonder me bijgebracht.' (uit: Rob van Eijck, Jan
van Haasteren, Van striptekenaar tot puzzelfenomeen, Arboris, Zelhem 2017)
Marten Toonder maakte tekeningen met instructies als 'niet te smal' om de grootte
van Panda's nek aan te geven (afgedrukt in genoemd boek). Er werden ook model-
sheets gebruikt. De op pagina 78 van deze band afgedrukte tekeningen zijn waar-
schijnlijk als voorbeeld gebruikt door Jan Steeman en Jan van Haasteren. De laatste
twee Panda-verhalen in deze band zijn volledig door Jan van Haasteren getekend. In
het verhaal erna neemt Piet Wijn al snel het tekenwerk over. Over de teksten van de
verhalen in deze band zijn de bronnen minder duidelijk. Waarschijnlijk zijn ze van
de hand van Andries Brandt, wellicht met hulp van Patty Klein. Een andere moge-
lijkheid is dat Eiso Toonder de teksten verzorgde.
In de eerste twee verhalen speelt magie een belangrijke rol, wat niet zo vaak voorkomt
in de Panda-strip (met uitzondering van Panda en de meestermagiër, PV47, 1956).
Vanaf eind 1968 schreef Andries Brandt voor De Telegraaf ook de strip Horre,
Harm en Hella, die vol staat met magie en mystiek. Overigens zal ook Jan van
Haasteren die strip enige tijd tekenen.
In Panda en de geschaakte prinses (PVI04) komt Panda weer eens in aanraking met
detective Pat O'NozeL Samen gaan ze naar het koninkrijk Sulië om daar een ontvoerde
prinses op te sporen. Deze blijkt ontvoerd door een heks die zich in een andere
gedaante kan omtoveren.
In Panda en het toverrecept (PVI05) vindt Joris Goedbloed een pagina uit een tover-
boek. Om het daar beschreven recept te volgen moet hij van alles stelen, zoals de
staar haren van een Yek. De dierentuinscène die dat oplevert is mogelijk bedacht
door Patty Klein die voordat ze bij de Toonder Studio's kwam in Artis had gewerkt.
In Panda en de meesterwaker (PV106) helpt Panda Joris Goedbloed met zijn detective-
bureau. Joris bewaakt tante Geraldine, maar zowel hij als neefTeobald zijn uit op de
bezittingen van tante. Het gegeven doet denken aan de aanslagen op kapitein Paverits
door neefMario in Panda en de meesterschurk (PV37, 1954).
In Panda en het vuurvervoer (PV107) heeft professor Kalker een vlam uitgevonden
die op zand brandt. Twee spionnen van Sjeik Kasr el Bellal proberen de vlam te
vernietigen en Kalker en Panda uit te schakelen. Er zijn meer Panda-verhalen waar-
in olie een rol speelt, zoals Panda's tocht naar Illirania (PV24, 1951). Toen Panda en
het vuurvervoer in 1970 verscheen was de olieprijs net 'fors verhoogd na de machts-
greep van kolonel Gadaffi in Libië. Zoals we nu weten was dit de aanloop naar de
oliecrisis van 1973. Het verhaal lijkt ook geïnspireerd door het liedje Brandend zand
dat Anneke Grönloh in 1962 op de plaat zette: 'Brandend zand en een verloren land
en een leven vol gevaar .. .'
Dick de Boer